Aanvulling van de informatieplicht van de werkgever

Aanvulling van de informatieplicht van de werkgever 

Wijzigingen in artikel 7:665 BW zorgen ervoor dat werknemers meer informatie over hun arbeidsovereenkomst horen te krijgen

Het zou je maar gebeuren dat het bedrijf waar je onder contract staat jouw afdeling verplaatst naar een bedrijf honderden kilometers verderop, aan de andere kant van de grens. Je ontvangt een brief waarin staat dat je twee mogelijkheden hebt: je blijft hetzelfde werk doen op dezelfde tijden op de nieuw locatie of je gaat niet mee over waarna het bedrijf de arbeidsovereenkomst zal beschouwen als beëindigd op initiatief van de werknemer, wat er op neer komt dat er geen aanspraak gemaakt kan worden op een transitievergoeding van tienduizenden euro’s. Dit overkwam een medewerker van een wellness en cosmetica bedrijf in Brabant. De productieafdeling van dit bedrijf waar deze persoon werkte, werd verplaatst naar een zusteronderneming in Duitsland. De werknemer was het niet eens met de opties die ze kreeg van het bedrijf. De zaak liep uit op een rechtszaak waarin de uitleg van art. 7:665 BW centraal kwam te staan. (1)  

De inhoud van art. 7:665 BW 

Art. 7:665 BW stelt dat een arbeidsovereenkomst beëindigd is op initiatief van de werkgever, wanneer bij een overgang van een onderneming de arbeidsvoorwaarden wijzigen ten nadele van de werknemer. De werknemer kan in een situatie waarin de arbeidsovereenkomst beëindigd is door de werkgever aanspraak maken op een transitievergoeding zoals die wordt uitgewerkt in art. 7:673 BW. (2) Op basis van dit artikel is de werkgever verplicht om zijn personeel informatie te geven over de arbeidsvoorwaarden. De informatie die je altijd al hoorde te krijgen van de baas bij indiensttreding is: De plaats waar de arbeid verricht wordt, de functie die je hebt in de onderneming, het tijdstip van indiensttreding, de duur van de overeenkomst in het geval van een overeenkomst voor bepaalde tijd, de aanspraak op vakantie, de opzegtermijn, het loon, het gebruikelijk aantal arbeidsuren in de week, eventuele deelname in een pensioenregeling, informatie als er gewerkt gaat worden in het buitenland, de toepasselijke cao, of er sprake is van een uitzendovereenkomst of oproepovereenkomst en of de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is aangegaan. (3) 

Aanpassingen in art. 7:665 BW 

Om beter aan te sluiten bij de Europese regelgeving over transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden, is de werkgever sinds 1 augustus 2022 verplicht om ook de volgende informatie aan personeelsleden mee te delen: 

  • Mag de werknemer zelf bepalen waar hij zijn werkzaamheden uitvoert, of zal het werk op meerdere locaties plaatsvinden. In het geval de werkzaamheden niet op een vaste plek uitgevoerd worden;

  • Aanspraken op betaald verlof waarop de werknemer recht heeft;

  • Informatie over procedure en de opzegtermijn, bij het beëindigen van de arbeidsovereenkomst;

  • Het loon en de bestanddelen van het loon, en daarnaast de wijze van uitbetalen evenals de frequentie  hiervan; 

  • De tijdstippen waarop de werknemer moet werken;

  • De identiteit van de inlenende onderneming (bij een uitzendovereenkomst);

  • De voorwaarden en de duur van een eventuele proeftijd; 

  • Het mogelijk door de wetgever geboden recht op scholing.

Deze informatie hoort een werknemer te krijgen, uiterlijk een week nadat de arbeidsovereenkomst aangegaan is. Informatie over werk in het buitenland moet al gegeven worden voor vertrek. Mochten er veranderingen komen in de arbeidsvoorwaarden dan moet een personeelslid dit te weten komen via de baas, uiterlijk op de dag dat de veranderingen in werking treden. (4)  

De gevolgen van het onjuist informeren door de werkgever

In de hiervoor genoemde strafzaak is de werknemer van het cosmeticabedrijf dus niet geïnformeerd zoals dat naar de inhoud van art. 7:665 BW zou moeten, zo oordeelde ook het hof uiteindelijk. Het hof stelde dat de persoon in kwestie tot tweemaal toe onjuiste informatie had ontvangen van haar baas. De eerste keer kwam het erop neer dat het bedrijf haar erop had moeten wijzen dat de arbeidsovereenkomst beëindigt zou worden vanuit het bedrijf in het geval ze niet wenste om mee over te gaan naar Duitsland. Daarna werd verkeerde informatie gegeven over haar rechten en de gevolgen van haar acties voor de arbeidsovereenkomst, indien ze zou besluiten om een zaak aan te spannen tegen de werkgever. Er werd uiteindelijk alleen niet besloten om de werknemer de geëiste billijke vergoeding te geven. Het geven van misinformatie over de arbeidsovereenkomst door de werkgever is namelijk niet ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever volgens het hof. Alle geleden schade van het geven van verkeerde informatie moest wel vergoed worden aan de werknemer. Handelen in strijd met art. 7:665 BW is een fout die een werkgever duur kan komen te staan. (5) 

Bronnen

1. ECLI: NL:GHSHE:2022:3177 
2: Art.7:665 BW
3. ‘Uitbreiding informatieplicht voor werkgevers vanaf 1 augustus 2022!’, kennis.trc-advocaten.nl.  
4. ‘Richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden, wat verandert er voor werkgevers en werknemers’, 28 juni 2022 rijksoverheid.nl.
5. ECLI: NL:GHSHE:2022:3177