Nieuwe aanpak van asielcrisis: kan het kabinet zijn beloftes nakomen?
Op dinsdag 17 september, Prinsjesdag, zijn de nieuwe jaarplannen van kabinet-Schoof bekendgemaakt. Zoals duidelijk is geworden bij de Algemene Beschouwingen, is migratie een van de belangrijkste speerpunten en heeft de minister van Asiel en Migratie, Marjolein Faber, haar pijlen gericht op de uitvoering van het strengste asielbeleid tot nu toe.
Eerst zal worden uiteengezet hoe de EU beoogt de problematiek omtrent asielopvang aan te pakken voor komende jaren. Daarna volgt een bespreking van de huidige plannen van het kabinet, hoe het deze maatregelen uit wil voeren en of deze überhaupt praktisch uitvoerbaar zijn.
Migratie- en Asielpact van de EU
De Europese Raad heeft op 14 mei 2024 het Migratie- en Asielpact van de EU goedgekeurd, dat veranderingen zal aanbrengen op het terrein van asielbeleid voor alle lidstaten.(1) De belangrijkste hoofdpunten van het pact zijn een snellere screening van migranten en een versnelde asielprocedure. Ook worden lidstaten verplicht om grensprocedures toe te passen op personen met een kansarm asielverzoek, personen die autoriteiten misleiden en op gevaarlijke personen.(2) Migranten uit ‘veilige’ landen komen in een versnelde procedure terecht, waarbij gestreefd wordt naar een maximale beoordelingsperiode van negen maanden voor de beslissing over het verblijf. Als blijkt dat zij geen recht hebben op verblijf, worden ze teruggestuurd. Met deze maatregelen beoogt de EU een snellere doorstroom van asielzoekers, wat essentieel is voor het beperken van de instroom in Nederland.(3) Het pact zal in ieder geval binnen twee jaar na het implementatieplan van de Commissie in werking treden, maar als het aan minister Faber ligt, gebeurt dit zo snel mogelijk.(4)
Oplossingen van het kabinet
Zoals blijkt uit het regeerakkoord van kabinet-Schoof, neemt het geen genoegen met slechts de veranderingen die het Migratie- en Asielpact met zich mee zal brengen en zet het in op ‘een breed pakket aan maatregelen om het asielstelsel ingrijpend te hervormen, de instroom te beperken en de asielketen per direct te ontlasten’, aldus het regeerakkoord.(5)
De eerste oplossing die minister Faber heeft aangekaart is een opt-out mogelijkheid voor Nederland op de Europese wetgeving omtrent migratie. Met een dergelijke opt-out kan Nederland zich onttrekken aan bepaalde regels die de EU heeft opgesteld, waarmee meer ruimte wordt gegeven om zelf haar beslissingen te maken op het gebied van asielbeleid.(6) Een opt-out bewerkstelligen is echter een zeer complex proces en vereist een wijziging van de EU-verdragen, omdat het huidige EU-recht nog niet voorzien is in een specifieke regeling die een opt-out voor bepaalde beleidsterreinen kan bewerkstelligen. Naast zware onderhandelingen met de Europese Commissie, die op dit moment nog geen toestemming verleent aan Nederland voor een opt-out, is ook vereist dat alle andere lidstaten overeenstemmen met zo’n wijziging van een verdrag, gevolgd door een unanieme ratificatie daarvan.(7)
Daarnaast zou de opt-outregeling mogelijk niet het gewenste resultaat opleveren. Stel dat Nederland uiteindelijk toch een opt-out voortbrengt en zich daarmee mag onttrekken van EU-regelgeving op het gebied van asiel, blijft het nog gebonden aan andere internationale verdragen. Denk aan het VN-vluchtelingenverdrag en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), die onder meer eisen dat vluchtelingen recht hebben om asiel aan te vragen.(8)
Ten tweede zet het kabinet zich in op de uitzonderingsbepaling van de Vreemdelingenwet. Op basis van artikel 110 lid 1 van de Vreemdelingenwet kan de minister-president, ingeval buitengewone omstandigheden dit noodzakelijk maken, artikel 111 in werking stellen. Op grond van dat artikel kan het kabinet bij algemene maatregel van bestuur (AMvB) regels stellen die afwijken van hoofdstukken één tot en met zeven van de Vreemdelingenwet. Hierbij kan worden gedacht aan het afschaffen van een asielvergunning voor onbepaalde tijd, schrappen van de voornemenprocedure, schrappen van mogelijkheid tot nareis met meerderjarige kinderen en de wettelijke mogelijkheid om aanvragen als kennelijk ongegrond af te wijzen als vreemdelingen niet op gehoor verschijnen.(9)
Bij de Algemene Beschouwingen bleek dat ambtenaren zeer kritisch zijn over het inzetten van deze maatregel en daar hebben zij ook reden voor.(10) Als het kabinet een asielcrisis uitroept en daarbij een deel van de Vreemdelingenwet buiten werking stelt, betekent dit dat het parlement buitenspel wordt gezet. De vraag is of dit niet indruist tegen de eisen van rechtsstatelijkheid en democratische principes. Een noodmaatregel zou alleen overwogen kunnen worden in uitzonderlijke en dringende situaties, en het is de vraag of dat hier van toepassing is, aangezien het vraagstuk van asielopvang al geruime tijd een bekend probleem in Nederland is.(11) Dit zou kunnen leiden tot veel gerechtelijke procedures, met kans op succes, en dat zou niet alleen de werking van de uitzonderingsbepaling belemmeren, maar ook nog verdere verhoging van de druk op de rechtsprekende macht veroorzaken. In plaats van de noodgreep zou het kabinet ook kunnen besluiten tot spoedwetgeving en een tijdelijke asielcrisiswet vervaardigen. Via deze weg wordt het parlement in ieder geval niet uitgesloten van het debat, terwijl het kan resulteren in veranderingen van het asielbeleid.
Conclusie
Kortom, het lijkt erop dat het kabinet grote plannen voor ogen heeft betreffende het asielbeleid. Het wil niet afwachten op het komende Migratie- en Asielpact van de EU, maar heeft besloten zelf het heft in handen te nemen. Daartoe wil het allereerst een opt-out voor EU-wetgeving op gebied van migratie, alleen blijkt dit voorlopig eerder een wens dan werkelijkheid. Het uitroepen van een noodtoestand is ook een optie, maar volgens ambtelijk Den Haag zal dit niet op veel goeds uitlopen. Daarom lijkt het meest realistische alternatief om een spoedwet uit te voeren, waarmee werkelijk verandering in het asielbeleid mogelijk wordt, zonder inbreuk te maken op democratische principes. Momenteel is het dus nog afwachten wat uiteindelijk terecht zal komen van de nieuwe voorgenomen maatregelen op het gebied van asiel.
Literatuurlijst
1. ‘Migratie- en asielpact’, consilium.europa.eu.
2. Kamerstukken II 2023/24, 32317, nr. 865, p. 2.
3. N. Sahla, ‘EU sluit migratiepact: versnelde procedures, ‘veiligelanders’ mogen vastgezet worden’, NOS 2023.
4. ‘Nederland informeert EU over opt-out plannen, ‘iets van de lange adem’’, nos.nl.
5. Regeerprogramma kabinet-Schoof van 13 september 2024, p. 19.
6. ‘Nederland informeert EU over opt-out plannen, ‘iets van de lange adem’’, nos.nl.
7. Brief van de minister van Asiel en Migratie van 19 september 2024.
8. M. Hoogerwerf & J. Ummels, ‘Is een permanente stop op asiel in Nederland mogelijk via een opt-out? En andere vragen beantwoord’, 1V 2024.
9. Regeerprogramma kabinet-Schoof van 13 september 2024, p. 19-20.
10. ‘Asielminister Faber denkt noodrecht te kunnen doorzetten’, nos.nl.
11. ‘Kamer in de ban van ambtelijk advies over noodwet voor asiel’, nos.nl.