De veroordeling van Sywert van Lienden en zijn zakenpartners: de controversiële mondkapjesdeal onder het vergrootglas

In tijden van crisis wordt snel overheidsoptreden verwacht, maar wat als dergelijk optreden leidt tot onrechtvaardige financiële verrijking en maatschappelijke verontwaardiging? De mondkapjesdeal, gesloten op het hoogtepunt van de coronacrisis in april 2020, is de afgelopen jaren uitgegroeid tot een van de meest besproken schandalen in Nederland. Wat aanvankelijk als een ogenschijnlijk onbaatzuchtig initiatief werd gepresenteerd, eindigde in juridische procedures, politieke ophef en een fundamenteel debat over transparantie en integriteit binnen de overheid. In dit kader rijst de vraag wie verantwoordelijk is voor de miljoenenwinst die externe bemiddelaars behaalden en de onbruikbare mondkapjes die het gevolg waren van de deal. Tevens dringt zich de vraag op welke lessen er getrokken moeten worden om toekomstige misstanden te voorkomen. 

In februari van dit jaar heeft de rechtbank uitspraak gedaan in de civiele zaak tegen Sywert van Lienden en zijn zakenpartners Bernd Damme en Camille van Gestel, die met de mondkapjesdeal miljoenen verdienden. Dit artikel schetst het verloop en de feiten van de omstreden mondkapjesdeal en belicht de bredere juridische implicaties van deze geruchtmakende zaak. 

Het ontstaan van de mondkapjesdeal

Na het uitbreken van de corona-epidemie in maart 2020 werd de Nederlandse overheid geconfronteerd met een schaarste aan beschermingsmiddelen, waaronder medische mondkapjes. Sywert van Lienden, destijds werkzaam als gemeenteambtenaar van Amsterdam en lid van het CDA, trad naar voren als bemiddelaar en beweerde belangeloos te willen bijdragen aan de oplossing voor dit mondkapjestekort. Samen met zijn zakenpartners Bernd Damme en Camille van Gestel sloot Van Lienden aanvankelijk kleinere leveringsdeals met bedrijven zoals Coolblue. Ondertussen richtte de overheid het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) op om de inkoop van beschermingsmiddelen centraal te coördineren. Van Lienden en zijn zakenpartners kozen er echter voor om zich niet bij het LCH aan te sluiten. In plaats daarvan richtten zij Stichting Hulpgoederen Alliantie op, een stichting zonder winstoogmerk. Van Lienden deed daarbij de belofte om "voor de helden in de zorg" mondkapjes te regelen. Daarnaast richtte het drietal een commerciële bv op: Relief Goods Alliance. 

Ondertussen oefende Van Lienden toenemende druk uit op de landelijke overheid om met hem samen te werken. Deze toenemende druk van Van Lienden had ook invloed op het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). In april 2020 sloot het ministerie van VWS een deal met de commerciële bv van Van Lienden, Relief Goods Alliance. In het kader van deze samenwerking werden 40 miljoen mondkapjes voor een bedrag van 100 miljoen euro ingekocht. In tegenstelling tot eerdere beweringen van Van Lienden, bleek deze mondkapjesdeal dus niet op non-profitbasis te zijn gesloten.(1)

Een strafrechtelijke procedure én een civiele procedure

In mei 2021 onthulden de Nederlandse onafhankelijke nieuwswebsite Follow the Money(2) en de Volkskrant(3) dat Van Lienden en zijn zakenpartners de deal inderdaad niet op non-profitbasis hadden gesloten. In plaats daarvan had het drietal in totaal 29 miljoen euro verdiend aan de deal, terwijl slechts een klein deel van de 40 miljoen ingekochte mondkapjes, waarvan de kwaliteit onvoldoende was, daadwerkelijk werd gebruikt. Het overige deel van de mondkapjes werd afgekeurd of bleef in opslag. De maatschappelijke en politieke verontwaardiging was groot. Ook bij bedrijven als Coolblue en Randstad was deze verontwaardiging groot. Deze bedrijven hadden namelijk belangeloos bijgedragen aan de inkoop, verkoop en het transport van de mondkapjes voor de Stichting Hulpgoederen Alliantie. Van Lienden verdedigde zich op 6 juni 2021 in het programma Buitenhof, waar hij het verdiende bedrag weliswaar "excessief" noemde, maar weigerde dit terug te storten. Wel kondigde Van Lienden op 17 juni 2021 zijn vertrek bij het CDA aan.(4)

In februari 2022 volgden aangiftes van de bedrijven Coolblue en Randstad, wat leidde tot de opening van een strafrechtelijk onderzoek door het Openbaar Ministerie (OM). Ongeveer twee maanden later, op 29 april 2022, werden de drie zakenpartners verdacht van verduistering, witwassen en oplichting.(5) Later dat jaar, op 14 september 2022, bleek uit geluidsopnamen waarvan de Volkskrant(6) getranscribeerde teksten in zijn bezit had, dat Van Lienden al vroeg in de onderhandelingen had gestuurd op een winstgevende commerciële deal. Zo werd de uitspraak "we worden gillend rijk" uit de geluidsopnamen een pijnlijk symbool van de omstreden mondkapjesdeal. In berichten met zijn zakenpartners onderling sprak Van Lienden erover om dit winstoogmerk geheim te houden.(7)

Naast de strafrechtelijke procedure van het OM, werd op 13 april 2023 door Stichting Hulpgoederen Alliantie een civielrechtelijke procedure gestart tegen de drie zakenpartners.(8) Eveneens startte de Nederlandse Staat op 19 oktober 2023 ook een civiele procedure tegen de commerciële bv Relief Goods Alliance van Van Lienden.(9) Zowel de Stichting Hulptroepen Alliantie als de Nederlandse Staat vonden dat zij recht hadden op de miljoenenwinst van de mondkapjesdeal. In dit artikel zal later nader worden ingegaan op zowel de civiele procedure als de strafrechtelijke procedure. 

Verantwoordelijkheid en betrokkenheid: de rol van de overheid in de mondkapjesdeal

De mondkapjesdeal vormt een complexe casus waarin commerciële belangen en overheidsbeslissingen in crisistijd samenkomen. Een centrale vraag is wie de uiteindelijke verantwoordelijkheid draagt voor de omstreden overeenkomst en het mogelijke misbruik van publieke middelen. Van Lienden en zijn zakenpartners stellen dat de Nederlandse Staat volledig op de hoogte was van hun commerciële belangen. De Nederlandse Staat beweert daarentegen dat zij de risico’s van de deal onderkende, maar dat Van Lienden opzettelijk misleidende informatie verstrekte door zich publiekelijk als non-profit organisatie te presenteren, terwijl met zijn bedrijf, Relief Goods Alliance, in werkelijkheid winst werd behaald.(10)

Uit het onderzoeksrapport van Deloitte uit 2022(11), dat in opdracht van het ministerie van VWS werd opgesteld, blijkt dat het ministerie van VWS een grotere betrokkenheid had bij de mondkapjesdeal dan bij vergelijkbare contracten. Ambtenaren van het ministerie van VWS gaven aan onder druk te hebben gestaan om de overeenkomst te accepteren, mede door bijvoorbeeld de publieke uitlatingen van Van Lienden op sociale media, zoals op Twitter.(12) Uit onderzoek van de Volkskrant blijkt daarnaast dat Hugo de Jonge, toenmalig minister van VWS en destijds tevens partijgenoot van Van Lienden, in de voorfase van de deal een hoge ambtenaar had opgedragen om met Van Lienden in gesprek te gaan.(13) Verder gaven ambtenaren van het LCH aan dat de overheidsdruk om snel te handelen – het “kopen, kopen, kopen” – leidde tot het sluiten van een deal die later als onregelmatig werd bestempeld. De conclusie van de onderzoekers van Deloitte was dat zowel het LCH als het ministerie van VWS op de hoogte waren van de commerciële inslag en het potentiële winstoogmerk van de overeenkomst die werd gesloten met Relief Goods Alliance, de commerciële bv van Van Lienden en zijn zakenpartners.(14)

De civiele veroordeling en strafrechtelijke vervolging: de juridische gevolgen van de mondkapjesdeal

Op 19 december 2024 is de strafzaak tegen Van Lienden en zijn zakenpartners van start gegaan.(15) Het OM vervolgt hen uiteindelijk voor oplichting, verduistering, valsheid in geschrifte en witwassen.(16) De rechtbank heeft tot op heden nog geen uitspraak gedaan in de strafzaak. In de civiele procedure is echter wel uitspraak gedaan. Zoals eerder vermeld, hebben zowel Stichting Hulpgoederen Alliantie als de Nederlandse staat afzonderlijk juridische stappen ondernomen tegen het drietal. Aangezien beide zaken betrekking hebben op dezelfde feiten en hetzelfde geld, is besloten om in beide zaken gelijktijdig uitspraak te doen.

Op 5 februari van dit jaar werd door de rechter geoordeeld dat Van Lienden, Van Gestel en Damme 20,7 miljoen euro moeten terugbetalen aan de Stichting Hulptroepen Alliantie, de non-profitorganisatie die zij gebruikt hadden om hun commerciële belangen te verhullen.(17) Het drietal zou zich volgens de rechtbank met de mondkapjesdeal ten onrechte verrijkt hebben ten koste van de stichting. De rechtbank stelde echter dat de Nederlandse Staat géén recht heeft op de winst van de mondkapjesdeal. Dit oordeel komt overeen met de bevindingen van de onderzoekers van Deloitte. De rechtbank heeft namelijk, net zoals de onderzoekers van Deloitte, vastgesteld dat het ministerie van VWS op de hoogte was van het feit dat de mondkapjesdeal werd gesloten met de commerciële bv van het drietal.(18)

De Nederlandse Staat overweegt na bestudering van de uitspraak verdere juridische stappen te ondernemen, terwijl Van Lienden in een verklaring heeft aangegeven in hoger beroep te willen gaan tegen deze uitspraak van de rechtbank.(19)

Toekomstige implicaties

De mondkapjesdeal heeft geleid tot een breed maatschappelijk, juridisch en politiek debat over de verantwoordelijkheid van de overheid in crisistijd. Niet alleen uit het onderzoeksrapport van Deloitte, maar ook uit de uitspraak in de civiele procedure is duidelijk geworden dat de overheid te snel en onzorgvuldig heeft gehandeld tijdens de coronacrisis, wat het misbruik van publieke middelen mogelijk maakte. De mondkapjesdeal roept dan ook de vraag op hoe de overheid in noodsituaties haar verantwoordelijkheid beter kan waarborgen. Juridisch gezien illustreert de zaak de noodzaak om de rollen van stichtingen, bemiddelaars, en commerciële bedrijven beter af te bakenen, zodat voorkomen kan worden dat externe bemiddelaars en bedrijven zonder de benodigde garanties miljoenenwinsten realiseren. 

De mondkapjesdeal benadrukt eveneens dat overheidsbeslissingen die zien op het inkopen van publieke middelen, zelfs in crisistijd, moeten voldoen aan de beginselen van transparantie en integriteit. Dit houdt in dat elke fase van het publieke inkoopprocess - van aanbesteding tot uitvoering van een aanbestedingscontract - helder en cotroleerbaar dient te verlopen. Deze beginselen van integriteit en transparantie zijn vastgelegd in de Aanbestedingswet 2012, die als basis dient voor transparantie in overheidsopdrachten conform EU-richtlijnen. Volgens deze wet zijn overheden verplicht een objectieve en eerlijke procedure te hanteren om corruptie en onrechtmatige verrijking te voorkomen.(20) Een versterkte implementatie van de bepalingen uit de Aanbestedingswet 2012 - waaronder bijvoorbeeld duidelijke aansprakelijkheidsnormen en strengere controles op overheidsbeslissingen - zou er in de toekomst voor kunnen zorgen dat alle betrokken partijen bij het publieke inkoopprocess, ook bij spoedbesluitvorming, zich aan de regels houden. Dit zou bijdragen aan een transparant en integer verloop van publieke inkoopprocessen in crisistijd, hetgeen van belang is voor het bevorderen van rechtszekerheid en het behoud van het vertrouwen van burgers in overheidsprocessen. 

Conclusie

De mondkapjesdeal illustreert goed hoe de spanning tussen politieke druk en haastige besluitvorming in crisistijd kan leiden tot problematische deals met aanzienlijke financiële en maatschappelijke gevolgen. In de civiele procedure oordeelde de rechter in februari van dit jaar dat Van Lienden, Van Gestel en Damme zich ongerechtvaardigd hebben verrijkt ten koste van de non-profitorganisatie Stichting Hulpgoederen Alliantie. Tegelijkertijd werd vastgesteld dat het ministerie van VWS op de hoogte was van de commerciële aard van de overeenkomst, maar desondanks onvoldoende toezicht uitoefende. Dit roept bredere vragen op over de rol van de overheid bij noodinkopen, de mate van controle op externe bemiddelaars en bedrijven en de afbakening van verantwoordelijkheden bij besluitvorming in crisistijden.

Deze geruchtmakende zaak blijft voortduren met de nog lopende strafzaak tegen Van Lienden en zijn zakenpartners, en onderstreept de noodzaak van duidelijke richtlijnen en transparante besluitvorming, zodat publieke belangen beter beschermd worden en blijven in tijden van een crisis. 

Bronnen:

(1). NOS, 'Van Lienden en de mondkapjesaffaire, een tijdlijn', nos.nl, 16 september 2022 (online). 

(2). Follow the Money, 'Mondkapjesdeal leverde Sywert van Lienden c.s. tot 30 miljoen euro op', ftm.nl, 22 mei 2021 (online). 

(3). F. Hendrickx & T. Krelin, 'De geheime coronadeals van Sywert van Lienden', De Volkskrant, volkskrant.nl, 15 mei 2021 (online). 

(4). NOS, 'Van Lienden en de mondkapjesaffaire, een tijdlijn', nos.nl, 16 september 2022 (online). 

(5). NOS, 'Van Lienden en de mondkapjesaffaire, een tijdlijn', nos.nl, 16 september 2022 (online). 

(6). De Volkskrant, "De geboorte van de mondkapjesaffaire: 'We gaan die shit naar Nederland halen en worden miljonair'", volkskrant.nl, 14 september 2022 (online). 

(7). NOS, 'Geluidsopnames: Van Lienden wilde 'gillend rijk' worden van mondkapjesdeal', nos.nl, 14 september 2022 (online). 

(8). NOS, 'Stichting Hulptroepen Alliantie wil via rechter miljoenen van mondkapjesdeal terughalen', nos.nl, 13 april 2023 (online). 

(9). NOS, 'Staat daagt bedrijf Van Lienden voor de rechter vanwege mondkapjesdeal', nos.nl, 19 oktober 2023 (online). 

(10). J. Osendarp, 'Wie is toch de ‘grote schuldige’ rondom de mondkapjesdeal? Sywert van Lienden of de Staat?', metronieuws,nl, 13 december 2024 (online). 

(11). Ministerie van VWS, Verslag van Handelingen inzake transacties Relief Goods Alliance (deel 1-2), 5 september 2022 (A&P versie 14 september 2022), kenmerk MIN000624-00. 

(12). NOS, 'Wie wist wat, en hoe ging het? Dit staat in het rapport over de mondkapjesdeal', nos.nl, 16 september 2022 (online). 

(13). NOS, 'Van Lienden en de mondkapjesaffaire, een tijdlijn', nos.nl, 16 september 2022 (online).

(14). NOS, 'Wie wist wat, en hoe ging het? Dit staat in het rapport over de mondkapjesdeal', nos.nl, 16 september 2022 (online). 

(15). 'Strafzaak mondkapjesdeal', rechtspraak.nl (online).

(16). NOS, 'OM vervolgt Sywert van Lienden en compagnons om mondkapjesdeal', nos.nl, 21 november 2024 (online). 

(17). Rb. Amsterdam 2025, ECLI:NL:RBAMS:2025:621.

(18). 'Winst mondkapjesdeal moet naar Stichting Hulptroepen Alliantie', rechtspraak.nl, 5 februari 2025 (online). 

(19). RTL Nieuws, 'Sywert van Lienden en partners moeten 20 miljoen winst uit mondkapjesdeal terugbetalen aan stichting', rtl.nl, 5 februari 2025 (online). 

(20). Rijksoverheid, 'Regels voor aanbesteden door de overheid', rijksoverheid.nl.